In het omhullende woud zie je hem niet, toch verraadt het ruisen dat we langs de Otún rivier lopen. Beesten kunnen zich hier goed verstoppen maar we horen het getjilp, een harde snerpende toon van vogels en zelfs de schreeuw van de brulaap. We zijn met de auto opgehaald in het dal. Dit tropische gebied onder de 1000 meter wordt in Latijns Amerika ook wel ‘terra caliente’, genoemd, ‘heet land’. Onze hike starten we aan de voet van het Andes gebergte op 2200 meter wat dan weer ‘terra templada’ of ‘gemiddeld land’ heet. Het klopt, het is hier een paar graden koeler. In dit regenwoud staan opvallende bomen met witte bladeren alsof het geoxideerd metaal is. Bijna niet echt. Ik zie ze voor het eerst deze Cecropia telealba. Ze steken af tegen het groen in vele schakeringen, van de diep donkere ficus tot het lichtgevend groen van de boomvarens. Orchideeën en rode bromelia’s hangen als tropische sieraden om de bomen.
Als we stijgen laten we dit dichte regenwoud achter ons en komen in ‘terra fria’ het ‘koude land’. Koud wordt het voor ons niet, fiks klimmen betekent veel zweten. In dit berggebied boven ca. 2500 meter liggen verrassend genoeg boederijen. Hier worden koeien gehouden, groente en aardappels verbouwd. Vervreemdend voor ons Zwitserland kenners. Daar vind je op deze hoogte zelfs de enkele gesubsidieerde nomadische boer niet meer. Hier oogt het verrassend vriendelijk en glooiend met grote en hoge bossen gras als woeste haardossen boven de grond. De bomen zijn hier lager, meer struik. Maar waar ze in de Alpen al lang niet meer groeien staan ze hier nog vollop, zelfs tot 3500 meter!
De bloemen worden kleiner, Echinae en een lid uit de Gentiaan familie. Alpiene vrouwenmantel als miniatuur met zijn mooi gevouwen blad. En dan hoog in de bergen zien we een wonderlijk landschap vol manshoge totems. Bovenop prijkt een blader-bol vol zachte bloemen met een harig laagje. Ongetwijfeld bedoeld om de extremen goed te doorstaan op deze grote hoogte: vrieskou afgewisseld met felle zon, intense regen, wind en droogte. Ze kunnen het allemaal aan deze sterke ‘frailejón’ ofwel Espeletia . Ze maken deel uit van het ‘paramo’ ecosysteem. Ja echt, al weer een heel nieuwe leefgemeenschap. Over een afstand van nog geen 30 km met 2000 hoogtemeters ervaren de echte betekenis van biodiversiteit. Al dit moois is gelukkig beschermd in een nationaal park. Wat een ongekende natuurlijke rijkdom!
Comments