We maken de balans op van ruim twee maanden isolatie in dit bergdorp. Onze wereld is kleiner geworden. In vele opzichten: geen vrienden nabij, geen musea, geen verre reizen, geen restaurants. De enige winkel die we bezoeken is de lokale supermarkt. Als we onderweg al iemand tegenkomen dan zijn het steeds dezelfde gezichten. We hebben één paar vrienden in het dorp gemaakt. Deze geïsoleerde situatie heeft echter ook rust en hernieuwde aandacht voor alledaagse dingen gebracht. Door de afwezigheid van prikkels lijkt het alsof mijn zintuigen bevrijd zijn en wagenwijd open staan. Geuren, kleur en veranderingen in de natuur beleef ik intenser dan twee maanden geleden. Alles lijkt ongefilterd binnen te komen. Alsof mijn innerlijk, als een radio-ontvanger, na ruis een storingsvrije zender heeft gevonden. Ook ontmoetingen zijn diepgaand. Mijn woordkeuze is preciezer en het schaarse contact is wondermooi afgestemd.
Mijn devies is al jaren: ‘veel leuk, is niet leuk’. Het lukt in het ‘normale’ leven niet altijd om daar trouw aan te blijven. Toch die afspraak wel door laten gaan, wel naar die tentoonstelling, en wel samen dat etentje. Al snel ontstaat er dan een overdaad aan indrukken die enigszins verlammend werkt op mijn zintuigen. De conclusie is dat er deze periode iets tegenstrijdigs is gebeurd. Er was hier steeds minder mogelijk, maar het voelde steeds vrijer. Een contradictio in terminis: de wereld werd kleiner en tegelijkertijd ruimer.
Comments